donderdag 17 september 2009

Griep Gruwelen

Je hebt zo van die dagen dat je écht ziek bent. Het begint met een sluimerende verkoudheid en wat keelpijn, wat bij mij altijd overgaat in oneindig, pijnlijk gehoest. Dan komt er een kleine koorts bij, die groeit tot een graad of 39. Vervolgens heeft men een keuzemogelijkheid uit oorpijn, hoofdpijn, buikpijn of misselijkheid. Bij mij is het meestal oorpijn. Van die vervelende, zeurende oorpijn met af en toe een gemene steek ter afwisseling. Het leven is hard. En als je dan denkt dat je het bijna gehad hebt, slaat de hoofdpijn toe, als je die niet al had. Hard en bonkend, zeurend, of als een slijptol zo scherp. Het zijn geen fijne pijnen die hoofdpijnen. Ik heb gisteravond trouwens ondervonden dat je op de raarste plekken pijn kan hebben. Zo had ik een ontzettend pijnlijke linker amandel, vooral naar met slikken, wat je daardoor op de een of andere manier juist extra vaak gaat doen.
Daar lig je dan, sniffend en gnuivend op de bank of in je bed. Boekje op schoot, ochtendjas van je moeder. Vettig, pluizend, ongekamd haar en een verzameling puisten. Om je heen is de vloer maagedelijk wit gekleurd door alle gebruikte papieren zakdoekjes. Een pot walmende thee naast je, en een vies bord met kruimels en een halve boterham die je toch maar niet meer hoefde. Verder een schaaltje fruit wat een beetje bruinig begint te worden omdat je het opeten ervan steeds uitstelt. Dan toch nog maar naar beneden voor een boterham met jam of honing. Je gooit de deken van je af en stapt met moeite en gesteun uit bed. Je strompelt sniffend de trap af om vervolgens midden op de trap stil te staan. Bord vergeten. Je sleept jezelf weer omhoog en daarna, met je bord in je hand, wankel je weer naar beneden. Je maakt je boterhammetje, en beseft dat deze hele actie je zoveel energie gekost heeft dat je eerst beneden je bammetje op zult moeten eten voor nieuwe brandstoffen, voordat je jezelf de trap weer op kan hijsen. Eenmaal boven plof je weer in bed en valt accuut in slaap van deze overweldigende verrichting.